Bont zandoogje / Pararge
aegeria
|
Sp. 32-42mm |
Voorkomen:
Europa, N.Afrika,Turkije Israel, Syrië, Z.+M Oeral,
Transkauk-azië |
Vliegtijd:
2 of 3 generaties, eind februari
t/m begin oktober (±
leeft 3 weken)
|
Biotoop:
Gemengde loofbossen, naald-bossen. |
Waardplanten: Roodzwenkgras (Festuca rubra)Veldbeemdgras (Poa pratensis) Veldbeemdgras (Poa pratensis)Kropaar
(Dactylis glomerata)gestreepte witbol (Holcus lanatus) |
Eitjes: Het
vrouwtje zet de eitje af op een grasblad. Eitjes zijn wit iets
geribbelt. |
Rups:
27mm, lichtgroen,
met groene kop, donkere lichtomrande rug-strepen.
Het uitsteeksel op het eind van het achterlijf is typisch voor
zandoogjes. |
Pop:
Lichtgroen of bruin vlak bij de bodem, overwinterd ook wel als
rups. |
|
Kinzigtal, Baden Würtemberg, Duitsland, augustus 2005,
mannetje |
|
 |
|
|
Wyldemerk,
Friesland, Nederland,
juli 2008, mannetje |
|
|
 |
|
|
Wyldemerk,
Friesland, Nederland,
juli 2008, mannetje |
|
|
 |
|
|
Kwintelooijen,
Utrecht, Nederland,
augustus 2008 |
|